Invictus Games geven hoop
“Juist nu hebben we sport nodig, het maakt ons hoofd leeg.” Dat zei Commandant der Strijdkrachten generaal Onno Eichelsheim vanmiddag in Den Haag bij de presentatie van de nationale ploeg voor de Invictus Games.
Na 2 jaar van uitstel door de coronapandemie kan het sportevenement eindelijk doorgaan, van 16 tot en met 22 april in het Haagse Zuiderpark. Er doen zo’n 500 sporters uit 20 landen aan mee, die uitkomen in 10 takken van sport.
De Nederlandse ploeg kent 28 atleten, allen (oud-)militairen van alle krijgsmachtdelen die tijdens hun werk bij Defensie fysiek en/of mentaal gewond geraakt of ziek zijn geworden.
Feest
De huidige oorlog in Oekraïne speelt ook bij dit evenement een rol. “4 weken geleden zagen we COVID-19 nog als grootste bedreiging, in 4 weken tijd is dat wel veranderd”, sprak luitenant-generaal buiten dienst Mart de Kruif. De voorzitter van het organiserend comité doelde daarmee op de oorlog in Oekraïne. Hij voelde zich gesteund en geïnspireerd door een bevriende militair die in Lviv verblijft. “Kolonel Vitali zei gisteren nog in een bericht aan mij om door te gaan. Maak er een feest van.”
Hoop
Ook generaal Eichelsheim greep de situatie in Oekraïne, een van de deelnemende landen, aan. “De beelden raken iedereen. Bij sommigen van ons kan het ook weer oud zeer oproepen. En dat begrijp ik. Sporten en kijken naar sport, kan helpen bij het verwerken. Dat leidt ons af en het inspireert ons. En misschien wel het mooiste: sport brengt ons samen. Sport geeft hoop.”