Noodhulpverlening centraal tijdens Tradewinds
In het Mexicaanse Cozumel is gisteren de internationale rampenbestrijdingsoefening Tradewinds 2022 van start gegaan. Aan deze training onder Amerikaanse leiding nemen 20 landen deel. Defensie doet onder meer mee met mariniers en het ondersteuningsschip Zr.Ms. Pelikaan. De oefening in Mexico en Belize geldt als voorbereiding op het orkaanseizoen.
De focus ligt op snel en effectief humanitaire noodhulp verlenen na de passage van een orkaan. De kans op dit natuurverschijnsel is de laatste jaren toegenomen in het Caribisch gebied. Vorig jaar werden 21 zware stormen geteld, waarmee 2021 op de 3e plaats van meest actieve orkaanseizoenen staat. Gelukkig hadden deze uitbarstingen van moeder natuur weinig effect op de eilanden van Caribisch Nederland. Ook 2022 dreigt een actief orkaanseizoen te worden, zo voorspellen experts.
3 weken
Tradewinds 2022 trapt af met een planningsconferentie. Daarin staat de samenwerking tussen militaire en civiele hulpverleningsinstanties centraal. ”Wat we tijdens deze oefening ook doen, is focussen op het lenigen van de ergste nood”, vertelt luitenant ter zee der tweede klasse Paul Vogelaar. “Militaire noodhulp duurt nooit langer dan hoogstens 3 weken. Civiele hulporganisaties hebben die tijd nodig om zich voor te bereiden op het overnemen van de hulpverlening.”
Eerste levensbehoeften
Zr.Ms. Pelikaan levert tijdens de 2 oefenweken logistieke ondersteuning en neemt deel aan het maritieme deel van de oefening. Daarin staat de samenwerking met eenheden uit onder meer Mexico, Canada en de Verenigde Staten centraal. Tijdens een grootscheepse amfibische landing wordt onder meer het aan land brengen van eerste levensbehoeften beoefend. “Bij calamiteiten in het Caribisch gebied is de Pelikaan een belangrijke speler”, zegt commandant luitenant ter zee der eerste klasse Marc Jereskes. “Met onze watermakers kunnen we in korte tijd 60.000 liter drinkwater afleveren. Die capaciteit is van levensbelang na de passage van een verwoestende orkaan.“
Tradewinds beperkt zich niet tot Mexico. Ook in het aangrenzende Belize wordt geoefend. In de jungle is het Korps Mariniers actief. Samen met Amerikaanse mariniers leggen de zeesoldaten zich toe op zogenoemde riverine operaties en het verplaatsen in de jungle. Nadruk hierbij ligt op het patrouilleren en beveiligen van vaarroutes die voor de aanvoer van hulpgoederen zeer belangrijk zijn.
Het Amerikaanse hoofdkwartier levert het overgrote deel van de 1.500 deelnemende militairen. Naast co-hosts Mexico en Belize doen ook landen mee als het Verenigd Koninkrijk, Jamaica, Brazilië, Grenada, Suriname en Trinidad en Tobago.