‘Francien de Zeeuw’-penning voor pioniers en doorzetters
Defensie stelt de ‘Francien de Zeeuw’-penning in. Deze onderscheiding is een erkenning voor iedere pionier die zich met moed, creativiteit en doorzettingsvermogen inzet voor een diverse en inclusieve krijgsmacht. De penning is tevens een blijvend eerbetoon aan Francien de Zeeuw. Zij was een van de eerste vrouwelijke militairen bij de krijgsmacht en diende bij de toenmalige Marine Vrouwenafdeling (Marva).
De in 1922 geboren De Zeeuw was óók een bekende verzetsheldin. Ze zocht onderduikadressen voor jongens die waren opgeroepen voor de Arbeidseinsatz en luisterde telefoonverkeer van de Duitse bezetter af waarmee ze belangrijke informatie over aanstaande razzia’s of invallen kon onderscheppen. In 1944, na de bevrijding van het zuiden, benaderde een marineofficier haar vanuit Londen. Of ze wilde helpen een vrouwenafdeling te vormen binnen de marine.
Koningin Wilhelmina was daar aanvankelijk tegen. Zij vond dat vrouwen daarvoor zelf het initiatief moesten nemen. De Zeeuw begon daarom een handtekeningenactie onder jonge vrouwen die bij de marine in dienst wilden. Toen de teller op 12 stond, overtuigde ze ook koningin Wilhelmina. Zij tekende op 31 oktober 1944 het Koninklijk Besluit voor de oprichting van de Marva.
Onderscheidingen
Als eerste vrouwelijke militair bij de marine vertrok De Zeeuw eind dat jaar naar Engeland voor de opleiding. Van 1945 tot eind 1947 was ze, inmiddels beëdigd tot officier, gestationeerd in Nederlands-Indië. Ze is onderscheiden met het Oorlogsherinneringskruis, het verzetsherdenkingskruis en het Ereteken voor Orde en Vrede. De Zeeuw is in 2015 overleden.
Baanbreker
Volgens minister Kajsa Ollongren heeft Francien de Zeeuw veel voor Defensie betekend. “Ze was een echte pionier en baanbreker. Door haar kwamen de eerste vrouwen bij de krijgsmacht. De Francien de Zeeuw-penning is bestemd voor mensen die nieuwe wegen vinden om nieuwe doelgroepen aan Defensie te binden, zoals meer vrouwen en mensen met een bi-culturele achtergrond. Want zij voelen zich niet altijd welkom en dat moet veranderen. We hebben ze hard nodig voor de weerbaarheid en strijdkracht van onze organisatie.”