Nederland leert van Zweedse weerbaarheidsaanpak
Het bedrijfsleven en andere organisaties op een professionele manier warm proberen te maken voor een samenwerking met Defensie. Dat was gisteren het doel van een netwerkdag in Nieuwegein, georganiseerd door HR-ecosysteem onder Bureau Reservisten en Samenleving (BReS). De gedachte is dat een gezamenlijke aanpak uiteindelijk moet leiden tot een weerbare samenleving.
Speciale gast was de Zweedse commander Anders Kallin. De Scandinavische officier legde onder meer uit hoe weerbaar de Zweedse samenleving is en hoe die tot stand is gekomen. Daarbij refereerde de militair vooral aan de Swedish Total Defence (STD), een programma dat de nationale weerbaarheid versterkt en een eenduidige reactie creëert op potentiële bedreigingen. Hierbij is een actieve deelname van de hele samenleving noodzakelijk.
Betrokkenheid van samenleving
Het belang van het STD raakte na de Koude Oorlog enigszins in de vergetelheid. Totdat de Zweedse overheid enkele jaren geleden de burgers een nieuw plan voorgeschotelde. Daarbij lag de nadruk op de samenwerking tussen militaire en burgerlijke autoriteiten, maar ook de betrokkenheid van de samenleving. Onder meer militaire paraatheid, het trainen van burgers en organisaties met het oog op noodsituaties zijn belangrijke passages in het plan. Ook crisismanagement door de overheid en publieke betrokkenheid, zoals voorlichting over noodprocedures staan hierin centraal.
Brochure If Crises or War Comes
Als gevolg van Swedish Total Defence werd de brochure If Crises or War Comes ontwikkeld. Dit pamflet belandde op de deurmat bij bijna 5 miljoen huishoudens in Zweden. Maar het is ook vindbaar op officiële websites van de overheid of via lokale overheden. Het weerspiegelt de inzet van Zweden voor Total Defence en benadrukt dat iedereen een rol moet spelen in de nationale paraatheid, vertelde Kallin. Belangrijke aspecten in de brochure zijn:
- het voorradig hebben van water, voedsel en EHBO-materialen;
- beschikken over de juiste communicatiemiddelen om via betrouwbare bronnen op de hoogte te blijven en contact te houden met het thuisfront;
- het plannen van evacuaties en waar te schuilen indien nodig;
- betrokkenheid tonen aan de gemeenschap, zoals deelname aan paraatheidstrainingen.
Bijna iedereen participeert
Saillant detail is dat iedereen tussen de 16 en 70 jaar moet participeren in Zweden. “Of als beroepsmilitair, militaire vrijwilliger of als hulp in de gezondheidszorg of kinderopvang”, legde Kallin een aantal mogelijkheden uit. “Bovendien leggen we onderwijzers uit hoe ze de lesstof over dit onderwerp moeten gebruiken voor leerlingen. Hoe handelen we in geval van een crisis?”, besloot de hoge militair uit het land dat pas sinds dit jaar deel uitmaakt van de NAVO.
Het betoog van Kallin leerde dat de weg naar een weerbare samenleving een lange is. Dat zag ook secretaris-generaal Maarten Schurink. Hij gaf onder meer aan dat er met de samenleving afschrikking van tegenstanders moet worden opgebouwd.
Ook zei hij het aantal reservisten de komende jaren te willen laten groeien van 8.000 richting 20.000. Wellicht aangevuld met nog meer aanwas uit Dienjaar Defensie. “Ik hoop echt dat iedereen zich 1 jaar wil inzetten voor het land”, aldus kapitein-luitenant ter zee Erik Noordam. Hij is de geestelijk vader van het project dat een laagdrempelige kans biedt om militair te zijn en tegelijkertijd een bijdrage te leveren aan de nationale veiligheid.