Toespraak minister Ollongren bij de opening van het academisch jaar van de NLDA
Toespraak van minister van Defensie Kajsa Ollongren bij de opening van het academisch jaar van de Nederlandse Defensie Academie op donderdag 1 september 2022 in Breda.
Geachte aanwezigen, beste adelborsten en cadetten,
Ik vind het een bijzondere eer om jullie allen te mogen toespreken en daarmee het nieuwe academisch jaar te openen. Adelborsten en cadetten, graag richt ik mij in het bijzonder tot jullie. Jullie hebben kort geleden gekozen voor de Nederlandse krijgsmacht. Kijk naar het nieuws, en we zien allemaal hoe belangrijk die keuze is.
Het is oorlog in Europa. Met eigen ogen heb ik vorige week in en rondom Kyiv de verwoestende gevolgen hiervan gezien. De kapotgeschoten Mriya, het grootste vliegtuig ter wereld, als stille getuige. Maar ook het doorzettingsvermogen en de veerkracht van de Oekraïners, die vechten voor hun vrijheid.
Defensie steunt Oekraïne tegen de Russische agressie, al vanaf het 1e uur. Aan de oostflank staan we klaar om onze bondgenoten te beschermen. Elders in de wereld zetten onze vrouwen en mannen zich in voor vrede, vrijheid en veiligheid, waaronder in Irak, waar de situatie op dit moment uiterst gespannen is. En dichterbij huis, in het Groningse Zoutkamp, bouwt Defensie een kampement zodat mensen niet meer in mensonterende omstandigheden buiten hoeven te slapen.
Met jullie keuze voor de krijgsmacht, kiezen jullie ervoor een verschil te maken in de levens van anderen. Wereldwijd. Dat gaan jullie doen in een bijzondere periode. Een periode van groei en verandering. Met de grootste investering in Defensie sinds het einde van de Koude Oorlog bouwen we vandaag aan de krijgsmacht van morgen. Een krijgsmacht die jullie als toekomstige leiders een gezicht zullen geven.
Vandaag wil ik het graag met jullie hebben over dit leiderschap. Ik wil jullie nu vragen om naar mentimeter.com te gaan – de code in te vullen die hier op het scherm staat - en daar antwoord te geven op de volgende vraag:
Wat zijn belangrijkste vaardigheden en kwaliteiten die een officier bij de Nederlandse krijgsmacht moet bezitten?
Ik zie hier op het scherm een grote verscheidenheid aan vaardigheden en kwaliteiten staan. Ik herken enkele vaardigheden (in de Profielschets van de Nederlandse Officier van de krijgsmacht worden 7 vaardigheden/kwaliteiten genoemd: besluitvaardigheid, omgaan met complexiteit en onzekerheid, aanpassingsvermogen, oplossend vermogen, doorzettingsvermogen, effectieve communicatie & engagement, informatieverwerking) uit de Profielschets Officier van de Nederlandse Krijgsmacht. Jullie antwoorden laten wat mij betreft ook zien hoe belangrijk diversiteit binnen de krijgsmacht is. En dus ook hoe belangrijk het is deze uiteenlopende kwaliteiten te koesteren. Om nieuwsgierig te zijn en te blijven naar de ander, ook - en misschien wel juist - wanneer deze er een andere opvatting op nahoudt.
Goed leiderschap, waar zit dat ‘m in? Laat ik 1 van de grootste militaire leiders van de vorige eeuw aanhalen. En dan heb ik het over generaal Eisenhower, de opperbevelhebber van de geallieerde strijdkrachten die West-Europa hebben bevrijd. Op 19 mei 1952 bezocht hij de KMA. En hier, op het kasteel van Breda, sprak hij de aspirant-officieren, jullie voorgangers, toe. In de bibliotheek van de NLDA is een vergeelde cadettenalmanak te vinden, waarin een verslag staat van zijn toespraak. Generaal Eisenhower verwoordde daarin de kern van militair leiderschap als volgt: ‘If I could only say one thing I believe about leadership, it would be this: leadership is simply finding your way to the hearts of your people.’
Dat is de essentie van leiderschap: Het gaat om mensen inspireren, uitdagen en aanmoedigen om door te gaan, waar anderen stoppen. Om het beste uit jezelf en je mensen halen. Het team boven het individu te stellen. Daarvoor leggen jullie hier een belangrijke basis. Deze studietijd zal jullie vormen, en tegelijkertijd vormen jullie ook de krijgsmacht. Een grote verantwoordelijkheid.
De afgelopen maanden heb ik verschillende bezoeken gebracht aan onze militairen in het buitenland. Keer op keer maakt de bekwame manier waarop luitenants al op jonge leeftijd invulling geven aan deze verantwoordelijkheid diepe indruk op mij. Het klinkt misschien ver weg, maar wanneer jullie de KMA of het KIM verlaten, kan die inzet zich sneller aandienen dan gedacht.
Dan denk ik bijvoorbeeld aan luitenant Thomas. Recent heeft hij hier zijn opleiding afgerond en vervolgens zijn Vaktechnische Opleiding bij de infanterie. In juli begon deze luitenant met zijn 1e functie bij 17 Pantserinfanteriebataljon in Oirschot. Krap 2 maanden later is hij met zijn compagnie naar Engeland vertrokken om Oekraïense militairen te trainen. Iedere 5 weken is deze eenheid in staat om ongeveer 200 militairen te trainen in vaardigheden als wapenbeheersing, gewondenverzorging en het optreden in verstedelijkt gebied. In de wetenschap dat deze vaardigheden het verschil kunnen maken tussen leven en dood.
Deze bijdrage is niet alleen relevant, maar ook broodnodig.
Samen met bondgenoten, steunt Nederland de Oekraïense zelfverdediging. Door het leveren van wapens, uitrusting, trainingen en het begeleiden van Oekraïense militairen in hun revalidatie. Ook is onze kennis en kunde onmisbaar bij ontmijningsoperaties en het onderzoeken van mogelijke oorlogsmisdrijven. Eerder deze week sprak ik met mijn Europese collega’s over een EU-missie om gezamenlijk Oekraïense militairen te trainen.
De Russische invasie van Oekraïne startte in mijn eerste weken als minister van Defensie. De situatie onderstreepte een veelgehoorde uitspraak: leiderschap is keuzes durven maken. Gaan we Oekraïne wel of niet helpen? En met welke middelen? Kiezen voor belangen die groter zijn dan jijzelf of de eigen organisatie. Kiezen voor gedeelde waarden, in dit geval het beschermen van de wereldwijde spelregels die wij met andere landen hebben opgesteld. Lastige keuzes vragen om heldere uitleg. Durven staan voor je koers. Zonder daarbij de eigen opgaven uit het oog te verliezen. En dit alles tegen de achtergrond van een steeds veranderende veiligheidscontext.
Tegen deze achtergrond hebben we de Defensienota 2022 opgesteld. Een ambitieus maar realistisch plan voor de toekomst van onze krijgsmacht. Het uitgangspunt van deze nota is dat Nederland en Europa sterker moeten worden om onze vrijheid, veiligheid en welvaart nu en in de toekomst te kunnen beschermen.
Hoe bouwen we die toekomstbestendige krijgsmacht? Hoe maken we de stap van papier naar praktijk? 3 elementen die ik daarbij belangrijk vind: versnellen, verbinden en vertrouwen.
[Versnellen]
De Defensienota is het strategische plan voor de krijgsmacht voor de komende jaren. En nu is het zaak om deze plannen tot uitvoering te brengen. Om hier samen de schouders onder te zetten om dit met z’n allen te realiseren. Om zo snel mogelijk met concrete resultaten te komen. En voor de langjarige projecten: voortgang inzichtelijk maken. Dat vraagt de Kamer van ons. Dat vraagt de maatschappij van ons. En dat vraagt de snel veranderende veiligheidsomgeving van ons. Kijk ook met deze blik naar de Defensieorganisatie. We zijn geen gesloten bolwerk, maar staan middenin de maatschappij. Middenin de wereld. Transparantie draagt bij aan het vergroten van het maatschappelijk draagvlak. Want dat wat Defensie doet, doet ertoe. En daar mogen we best wat trotser op zijn.
De urgentie die we met z’n allen voelen, moeten we nu dus omzetten in daden. En het zijn jullie, de leidinggevenden van de toekomst, straks de officieren binnen Defensie, die deze transitie handen en voeten zullen geven.
Onze gezamenlijke opdracht is: make it happen. Daarvoor hebben we jullie frisse blik, jullie ideeën en jullie energie hard nodig. Daar hebben we nieuwsgierigheid, lef en creativiteit voor nodig. Zodat we over 10 tot 15 jaar over onze schouders kijken en tot de conclusie komen: die klus hebben we met z’n allen geklaard.
[Verbinden]
De versnelling die we nastreven, komt alleen tot stand als we de handen ineen slaan. Samenwerking met onze partners in binnen- en buitenland is cruciaal voor een succesvolle transitie.
Steeds vaker slaan we een brug met de samenleving, het bedrijfsleven en onderwijs- en kennisinstituten. Zo begreep ik dat de NLDA en in het bijzonder de Faculteit Militaire Wetenschappen, meer en meer die verbinding zoekt met universiteiten in Leiden, Amsterdam, Delft en Tilburg.
Bij het woord ‘verbinding’ denk ik uiteraard ook aan de samenwerking met onze bondgenoten. Juist nu ook onze Europese bondgenoten fors investeren in hun krijgsmachten. Dat biedt kansen. Nu de defensiebudgetten in Europa stijgen moeten we slim investeren. En vooral ook: gezamenlijk slim investeren. Want we kunnen veel meerwaarde halen uit het gezamenlijk ontwikkelen en aankopen van defensiecapaciteiten. Dat voorkomt fragmentatie, verbetert onze positie op de markt, maar verbetert ook de zo hard nodige standaardisatie en interoperabiliteit. Dit moeten we ook aantrekkelijker en makkelijker maken. Zo vergroten we onze militaire slagkracht. En de Europese strategische autonomie.
Samenwerking zit Defensie in het DNA. Die samenwerking vraagt ook iets van het leiderschap. Bijvoorbeeld door op een pragmatische manier de verbinding te zoeken. Het gezamenlijk belang niet uit het oog verliezen. Op zoek te gaan naar de overeenkomsten, in plaats van de verschillen.
[Vertrouwen]
Versnellen gaat niet zonder verbinden. En verbinden niet zonder vertrouwen. Ik geloof dat de transitie de we maken naar een toekomstbestendige krijgsmacht voor 10% draait om techniek en voor 90% om cultuur. De manier waarop wij, waarop jullie leiding geven, is daarom bepalend voor het succes van deze transitie. En leren, groeien en innoveren begint met een cultuur van vertrouwen, diversiteit en sociale veiligheid.
Dat is de optimale omgeving om het beste uit jezelf en elkaar te halen. Om de kracht van ieder individu te benutten in een ijzersterk collectief.
We hebben zoveel talent binnen onze krijgsmacht. Het is onze taak dit talent te voeden. Om te boeien en te binden. En nieuw talent aan te boren en te behouden. Dan ook een uitnodiging aan jullie: hou ons scherp. Een leven lang leren is een groot goed, daar hebben we jullie bij nodig.
Terug naar het scherm. Zoals we hebben gezien, ‘de’ officier bestaat niet. Heb lef, omarm je talenten. Een les die ik van huis uit heb meegekregen: anders zijn is geen zwakte maar een kracht. Wees een authentieke leider en omarm de verscheidenheid binnen je team. Geef hen ruimte en vertrouwen. Zo stimuleer je ondernemerschap, eigenaarschap en creativiteit.
‘Controle is goed, maar vertrouwen is beter’. Dat was een titel van 1 van jullie scripties. En dat kan ik van harte onderschrijven.
Als ik terugkom op mijn eerste vraag ‘wat zijn de belangrijkste vaardigheden en kwaliteiten die een officier bij de Nederlandse krijgsmacht moet bezitten?’, dan staat ‘vertrouwen’ bij mij wel voorop. Het is 1 van de 4 kernwaarden (de 4 kernwaarden van Defensie, zoals omschreven in de Gedragscode Defensie 2018: Verbondenheid, veiligheid, verantwoordelijkheid en vertrouwen) van Defensie en een belangrijk pijler in de manier waarop we binnen de organisatie met elkaar om willen gaan. Vertrouwen zorgt ervoor dat we succesvolle verbindingen kunnen aangaan.
Verbindingen die nodig zijn om te versnellen. Om de urgentie die we met z’n allen voelen om te zetten in daden. Om een krijgsmacht te bouwen waarmee we voorbereid zijn op de toekomst. Ik heb er alle vertrouwen in dat jullie hier op jullie eigen wijze uitvoering aan gaan geven. Heel veel succes daarbij. Dank jullie wel.