Kolonel Antoni
Wie iets zegt over de geschiedenis van de Limburgse Jagers kan niet om hem heen: kolonel J.L.H.A. Antoni. Dat kan ook niet anders. Hij stond aan de wieg van het regiment. En zoals ze zeggen: Le colonel, c’est le regiment. Zo dacht kolonel Antoni (1896-1982) er ook over.
Aan de wieg
Kolonel Antoni bedacht de naam en het korpsembleem. Hij ‘regelde’ een fanfarekorps. En hij legde de basis voor de traditie van het regiment. Maar wie was kolonel Antoni?
Een militaire loopbaan
Jean Antoni werd op 25 mei 1896 geboren in Nijmegen. Aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog ging hij vrijwillig in dienst en kwam, net als zijn vader, bij het Regiment Grenadiers terecht. In 1915 werd Antoni toegelaten tot de KMA. Daarna volgde een succesvolle allround-loopbaan door de landmacht. Dan wordt het mei 1940.
In de vroege ochtend van 10 mei overschreed het Duitse leger de Nederlandse grens. Kapitein Antoni was geplaatst bij de Lichte Divisie in Noord-Brabant. Geheel volgens plan begon de oorlog voor de Lichte Divisie met een tactische terugtocht op de Vesting Holland. De divisie kreeg opdracht om het Eiland van Dordrecht te zuiveren van Duitse troepen. De eenheid van kapitein Antoni kreeg het zwaar te verduren en moest terugtrekken. In het heetst van de strijd hield kapitein Antoni het hoofd koel. ‘Onder verachting van alle doodsgevaar’ wist hij ‘door zijn persoonlijk voorbeeld’ en ‘met luider stemme’ te voorkomen dat de terugtocht in een chaos ontaarde. Waarschijnlijk redde hij hiermee zijn eenheid. Volgens zijn commandant verdiende hij een MWO – hij kreeg een Bronzen Kruis.
Hij stak na de meidagen van 1940 zijn anti-Duitse gevoelens niet onder stoelen of banken. Een belediging van de Führer kwam hem op een gevangenisstraf te staan. Die straf ging naadloos over in krijgsgevangenschap. In juni 1945 keerde Antoni terug in Nederland. Hij nam weer dienst bij de landmacht en werd in 1948 commandant van het 5e Depot Infanterie. In hetzelfde jaar wachtte hem de kolonelsrang. Hij werd commandant van 2 RI en later ook van 6 RI. Vervolgens kreeg hij de opdracht uit deze regimenten en 11 RI het Regiment Limburgse Jagers op te bouwen.
Militair karakter
Er volgde nog een aantal staffuncties, maar in 1955 kreeg hij eervol ontslag. Op eigen verzoek, want met 40 jaar dienst was het genoeg. Het werd tijd voor pensioen. En daarmee verliet een eerzaam en trots officier de dienst. Hij zocht graag in de geschiedenis naar de romantiek van 'la vie militaire' en leefde er ook naar. Een eed was hem heilig. Discipline ook. Maar onafhankelijkheid was voor hem ook een groot goed. Zelf denken, zelf doen. Dat is niet altijd de makkelijkste weg, maar het leverde kolonel Antoni – en daarmee de landmacht – wel wat op.