Eerste vernieuwde LCU-landingsschip te water gelaten
Het eerste vernieuwde Landing Craft Utility-schip (LCU-landingsschip) van de Koninklijke Marine is gisteren te water gelaten. Dat gebeurde bij De Haas Shipyards in Rotterdam. Dit bedrijf voert de zogeheten midlife upgrade uit aan alle 5 de LCU-landingsschepen. Dankzij de ingreep kunnen de vaartuigen nog tot zeker 2032 mee.
Het duurt nog wel enkele weken voor de marine echt met de LCU Mark III aan de slag mag. Nu het 200 ton wegende schip in het water ligt, worden de laatste tests uitgevoerd en de laatste werkzaamheden aan boord afgerond. Na certificering gaat het via het Commando Materieel en IT naar de marine.
Het landingsvaartuig is aangepast om te kunnen blijven voldoen aan nieuwe eisen en veranderend gebruik. Zo is er onderin het schip een nieuw slaapverblijf gemaakt. Ook zijn de generatoren vernieuwd, is het stuurhuis compleet vervangen en zijn de uitlaten naar het achterschip geplaatst. Daarnaast zijn veel systemen vervangen en zijn er extra functionaliteiten toegevoegd.
De overige schepen worden gefaseerd tot 2025 vernieuwd.
Grootste landingsvaartuig
De marine gebruikt dit type landingsvaartuigen om zwaar materieel te vervoeren vanaf een amfibisch transportschip naar het strand en terug. Het zijn de grootste landingsvaartuigen van de marine. Aan boord van 1 LCU-schip is plek voor onder meer 3 trucks, 2 pantservoertuigen en een BARV-bergingsvoertuig of 130 volledig bepakte mariniers.