Over de dapperheidsonderscheidingen
Tijdens het Franse bewind (1795-1814) was de Nederlandse bevolking vertrouwd geraakt met een stelsel van ridderorden en onderscheidingen. De Republiek der Verenigde Nederlanden had namelijk nooit een dergelijk stelsel gekend. Dat veranderde met de nieuwe grondwet van 1813. Veel Nederlanders waren toen nog trouw aan Napoleon en Frankrijk. Om hen aan Nederland te binden besloot de koning om nieuwe Nederlandse ridderorden in te stellen.
Dapperheidsonderscheidingen voor en na de Tweede Wereldoorlog
Tussen 1815 en 1940 kende het Koninkrijk der Nederlanden de onderscheidingen:
- de Militaire Willems-Orde (1815);
- de Medaille (later: het Kruis) voor Moed en Trouw (1839/1898);
- het Eresabel (1855);
- de Eervolle Vermelding (1815/1877).
Sinds 1940 kent het Koninkrijk der Nederlanden de onderscheidingen:
- de Militaire Willems-Orde (1815/1940);
- het Verzetskruis (1946);
- de Bronzen Leeuw (1944);
- de Verzetsster Oost-Azië (1948);
- het Bronzen Kruis (juni 1940);
- het Kruis van Verdienste (februari 1941);
- het Vliegerkruis (augustus 1941).
Lees meer in het Handboek Onderscheidingen.