Duitsland en Nederland trainen opnieuw Oekraïense militairen

Duitse en Nederlandse instructeurs gaan vanaf eind deze maand opnieuw Oekraïense militairen opleiden. Dit keer in het opruimen van niet ontplofte explosieven. De Oekraïense minister van Defensie Reznikov had de 2 ministers gevraagd deze training op te zetten. Dat maakten de ministers Lambrecht en Ollongren vandaag bekend. Zij deden dat vanaf de Duitse luchtmachtbasis Ramstein, tijdens een bijeenkomst van de Ukraine Defence Contact Group. Oekraïense militairen krijgen een training in Duitsland volgens het train-de-trainer-concept.

Vergroot afbeelding De minister en de CDS achter vergadertafel.
Minister Ollongren en CDS Eichelsheim vertegenwoordigden Nederland bij de Ukraine Defence Contact Group.

De Ukraine Defence Contact Group is een internationale bijeenkomst, die vandaag voor de 5e keer plaats vond. De ministers van Defensie van meer dan 50 landen coördineren er de militaire steun aan Oekraïne. Ze spreken met Oekraïne over wapenleveranties, logistieke ondersteuning, training en bekijken wat Oekraïne in de toekomst nodig heeft. Namens Nederland zijn minister Ollongren en Commandant der Strijdkrachten generaal Onno Eichelsheim aanwezig.

Doorgaan

De oorlog in Oekraïne gaat haar 7e maand in. Minister Ollongren was op 22 augustus in Oekraïne. Ze zag met eigen ogen dat het voortzettingsvermogen nu steeds belangijker wordt. Ze bedoelt dan niet alleen dat de Oekraïense bevolking en strijdkrachten hun strijd tegen de Russen niet moeten opgeven. Wat haar betreft gaat ook de steun aan het land onverminderd door. “We moeten voor ogen houden wat er op het spel staat en wie verantwoordelijk is voor de oorlog. We moeten onze waarden beschermen en de regels handhaven die zijn ingesteld om orde en vrede te handhaven.”

Ollongren zei te beseffen dat dit niet makkelijk is. “Ook hier voelen we de effecten van de Russische agressie op onze samenleving. Denk aan de kosten voor energie, de inflatie en de vluchtelingen. Het blijft daarom belangrijk uit te leggen waarom we Oekraïne steunen en dat blijven doen.”

Slimmer

Westerse wapens blijven keihard nodig, ook op de lange termijn. De minister wil directe opdrachten aan de industrie mogelijk maken voor de aanschaf van materieel. “Ik denk dat we onze steun aan Oekraïne op die manier kunnen opvoeren. Nauwer samenwerken met de industrie maakt dat mogelijk. Dan kunnen we gezamenlijke inkoop intensiveren. Door versnelde samenwerking op het gebied van opleiding en onderhoud, kunnen we bovendien sneller wapens en materieel aan Oekraïne leveren. Kortom: we gaan nu op zoek naar slimme manieren om de steun vol te houden zo lang als nodig.”

Vergroot afbeelding De Nederlandse en Duitse ministers van Defensie.
Ollongren (l) en haar Duitse collega Christine Lambrecht.

Veel ervaring

Ollongren en haar Duitse collega Christine Lambrecht voegden vandaag in elk geval daad bij het woord met hun gezamenlijk training van explosievenruimers. Nederland heeft op dat gebied veel ervaring in huis. De Explosieven Opruimingsdienst Defensie deed die onder meer op in voormalig Joegoslavië, Irak en Afghanistan, maar ook in Nederland, waar jaarlijks zo’n 2.500 projectielen onschadelijk worden gemaakt.

Overigens sloegen Duitsland en Nederland al vaker de handen ineen bij het trainen van Oekraïense militairen. Zo werden ze getraind om de 18 Pantserhouwitsers, die beide landen gezamenlijk schonken, optimaal te gebruiken.

Ollongren: “Opleiding is cruciaal. In het Verenigd Koninkrijk leiden 90 Nederlandse militairen Oekraïense rekruten op. En vorige week hebben we ook besloten tot een militaire steunmissie van de EU.”

Het doel daarvan is Oekraïne te helpen om voor de lange termijn te beschikken over een ​​moderne krijgsmacht. Zover is het nog niet, “maar, onze steun aan Oekraïne kan de Oekraïense strijdkrachten en het Oekraïense volk in staat stellen, het verschil te maken om hun dappere strijd tegen de Russische tirannie te winnen”, aldus de minister.