Versterking oostflank NAVO-gebied
Rusland heeft 24 februari 2022 Oekraïne aangevallen, na een opbouw van militaire activiteiten aan de grens. In 2014 nam het de Krim illegaal in en hield daaraan vast. De NAVO maakt zich al langere tijd zorgen over de opstelling van Rusland. De afgelopen jaren kregen gezamenlijke verdediging en geloofwaardige afschrikking binnen het bondgenootschap daarom steeds meer aandacht.
Rusland en NAVO
Naast de militaire aanvallen gebruikt Rusland steeds vaker hybride middelen. Dat betekent dat het land op een niet-militaire manier oorlog voert: bijvoorbeeld met cyberaanvallen en het verspreiden van onjuiste informatie. Dit soort methodes zorgt voor verwarring en bemoeilijkt besluitvorming binnen het bondgenootschap.
De NAVO wil Rusland niet provoceren, is niet uit op confrontatie en wil in gesprek blijven. Maar het bondgenootschap neemt wel maatregelen om zich aan te passen aan de veranderde veiligheidsomgeving. De NAVO-acties zijn verdedigend en in verhouding.
Extra maatregelen NAVO
Met snel inzetbare eenheden als de NATO Response Force en daarbinnen de Very High Readiness Joint Task Force kan de NAVO snel op dreigingen reageren. Vooral de Oost-Europese NAVO-partners zijn bezorgd voor de dreiging vanuit Rusland. Op de NAVO-top in 2016 werd daarom besloten multinationale battlegroups te stationeren in Polen en de Baltische staten. In Roemenië richtte het een multinationale trainingsbrigade op. Ook de aanwezigheid van NAVO-schepen op zee draagt bij aan de geruststelling van NAVO-partners en afschrikking van Rusland. De NAVO-vlootverbanden opereren onder meer in de Oostzee en Middellandse Zee.
Begin april 2022 spraken de bondgenoten af ook battlegroups te plaatsen in Bulgarije, Hongarije, Roemenië en Slowakije. De troepen voor de bataljons komen uit verschillende NAVO-landen en wisselen elkaar af.
Nederland helpt Europese oostgrens versterken
Defensie levert al langer een bijdrage aan de versterkte militaire aanwezigheid aan de oostflank. De inzet werd groter na de Russische invasie van Oekraïne in februari 2022. De Nederlandse inzet draagt bij aan hoofdtaak 1 van de krijgsmacht: beschermen van het eigen grondgebied en dat van NAVO-bondgenoten.
Gevechtseenheden
De vooruitgeschoven militaire gevechtseenheden zijn aan de oostflank voor verdediging en afschrikking. Het zijn de zogeheten enhanced Forward Presence (eFP)-battlegroups.
eFP-battlegroup Litouwen
Vanaf 2017 zitten 270 Nederlandse militairen in Litouwen. Vanaf 2022 kan dit wanneer nodig snel worden uitgebreid naar 350 militairen. De multinationale battlegroup waar Nederland deel van uitmaakt staat onder Duitse leiding en is gestationeerd in Rukla.
De militairen die aanwezig zijn in Litouwen kan Defensie uitbreiden met extra of experimentele militaire capaciteit. Defensie heeft een mandaat om 50 militairen per (gedeelte van een) rotatie in te zetten. Deze inzet is afhankelijk van de specifieke behoeften van de multinationale battlegroup. Denk hierbij aan defensieve (cyber)specialisten, inlichtingen-, bewakings- en verkenningscapaciteit, een robotiseringseenheid of een eenheid met kennis van chemische, biologische, radiologische en nucleaire stoffen (CBRN).
eFP-battlegroup Roemenië
Nederland leverde vanaf de zomer 2022 een jaar lang zo'n 150 militairen voor de battlegroup in Roemenië. Deze battlegroup staat onder Franse leiding en is gestationeerd in Cincu, in het midden van het land.
De maatregelen tonen de bondgenootschappelijke solidariteit. De militaire versterking in Oost-Europese partnerlanden is duidelijke taal naar Rusland: als jullie ons verdragsgebied schenden, leidt dat tot directe betrokkenheid van het hele bondgenootschap.
Inlichtingen verzamelen
Onbemande MQ-9 Reaper
Nederland heeft sinds 4 april 2024 onbemande vliegtuigen operationeel in Roemenië om inlichtingen te verzamelen. Het gaat om 3 MQ-9 Reapers die vanaf de luchtmachtbasis Câmpia Turzii vliegen. Het besturen van de onbemande vliegtuigen en het verwerken van de inlichtingen gebeurt vanaf Vliegbasis Leeuwarden.
De MQ-9’s gaan boven land en internationale wateren informatie verzamelen voor de NAVO. Zo weet het bondgenootschap wat er gebeurt, en kan het zich hierop voorbereiden en zich eventueel verdedigen. Dit gebeurt binnen de zogeheten defensieve Air Shielding-operaties op de oostflank van het NAVO-verdragsgebied.
In totaal zet Nederland 135 mensen in voor deze taak: 40 in Roemenië voor onderhoud aan de MQ-9's, en 90 in Nederland voor het besturen en het verwerken van inlichtingen. Het gaat om een periode van 6 maanden, en mogelijk een verlenging van nog eens 6 maanden. Zo’n 35 genisten van de landmacht hielpen vooraf het kampement in Roemenië op te bouwen.
Luchtruimbewaking
Air Policing
Civiele en militaire vliegtuigen die zich niet houden aan de internationale afspraken worden onderschept en het luchtruim uit begeleid. Nederland helpt mee het luchtruim van het NAVO-verdragsgebied te bewaken (Air Policing).
Dit doet Nederland samen met België continu boven de Benelux-landen.
Nederland bewaakt het luchtruim van de Baltische staten afwisselend met andere NAVO-bondgenoten. Ze werken zo aan de gezamenlijke verdediging. Sinds de Russische invasie in Oekraïne werd de inzet groter:
- Nederland stuurt van december 2024 tot maart 2025 4 F-35-gevechtsvliegtuigen met zo’n 90 tot 150 militairen naar Estland. Ze worden ingezet om het luchtruim te bewaken en om de situatie aan de grens van het NAVO-verdragsgebied in de gaten te houden. Er gaat ook een team van de Nationale Datalink Management Cel (NDMC) mee. Dit zorgt dat F-35-vliegers, andere eenheden en bondgenoten tijdens operaties onderling informatie kunnen uitwisselen.
- Vanaf 24 februari 2022 tot en met 31 maart leverde Nederland gevechtsvliegtuigen voor de luchtruimbewaking boven Oost-Europa.
- In april en mei 2022 vlogen 2 Nederlandse F-35's voor de Air Policing-taak boven Bulgarije.
- In februari en maart 2023 stonden 8 F-35’s met 170 militairen van de Koninklijke Luchtmacht op vliegbasis Malbork in het noorden van Polen. 4 van de gevechtsvliegtuigen waren beschikbaar voor de bewaking van het NAVO-luchtruim boven Oost-Europa. De andere 4 doorliepen een trainingsprogramma met bondgenoten, en waren snel in te zetten. Zo'n 35 landmachtmilitairen van een genietaakteam hielpen bij het opbouwen van het kampement.
Patriot-luchtverdedigingssystemen
Nederlandse Patriots beschermden NAVO-grondgebied vanuit Slowakije tegen inkomende raketten. Dit gebeurde van april tot midden oktober 2022. Met deze grond-luchtgeleidewapensystemen zijn vliegtuigen, helikopters en snelle ballistische en kruisraketten uit te schakelen. Een Nederlands militair team bleef tot juni 2023 in Slowakije om Duitse Patriot-eenheden te ondersteunen.
F-16- trainingscentrum
Nederland nam het initiatief om een Europees F-16-trainingscentrum (EFTC) op te zetten in Roemenië. De leslocatie is bedoeld om Roemeense en Oekraïense vliegers op te leiden tot F-16-vlieger. Zelf levert Nederland daarvoor 12 tot 18 F-16’s, waarvan de eerste 7 november 2023 werden overgevlogen. 4 dagen later opende het EFTC.
Snelle reactiemacht
Nederland draagt bij aan de NATO Response Force en daarbinnen de Very High Readiness Joint Taks Force, ook wel flitsmacht genoemd. Het gaat om eenheden die zijn voorbereid en snel kunnen worden ingezet. Daarnaast kunnen de Oost-Europese bondgenoten rekenen op steun van snel inzetbare eenheden van de EU.
Hybride dreigingen
Rusland blijft actief met cyberaanvallen en desinformatiecampagnes in de Baltische staten. Zij proberen zo het vertrouwen in de eigen autoriteiten en de NAVO-aanwezigheid te ondermijnen. Defensie doet met haar aanwezigheid aan de oostgrens van het NAVO-gebied ook veel ervaring op in het opereren binnen hybride dreigingen.
Vooruitblik Nederlandse inzet
De NAVO en Nederland houden er rekening mee dat de dreiging voor de veiligheidssituatie in Europa langer duurt. Daarom zijn er aan de oostflank van het NAVO-verdragsgebied behoorlijke militaire bijdragen nodig van de bondgenoten. Wat de inzet van de Nederlandse krijgsmacht wordt, hangt af van wat de NAVO vraagt en van wat Nederland nu en in de toekomst kan leveren.
De basis daarvoor vormen de nieuwe plannen van de NAVO voor afschrikking en verdediging. Dit zijn de zogeheten regionale plannen met het NATO New Force Model. Het gaat daarbij om snellere inzet van meer eenheden. En om meer troepen die militair aanwezig zijn aan de oostflank.
Tot die tijd kijkt Nederland in overleg met de NAVO wat het direct al kan bijdragen aan de veiligheid van het bondgenootschap.