Arbeidsvoorwaarden Defensie 2025-2026
Het arbeidsvoorwaardenakkoord 2025-2026 is geldig van 1 januari 2025 tot en met 31 augustus 2026. Het blijft geldig totdat er een nieuw akkoord is.
Defensie en de vakbonden voor Defensiepersoneel maken in een akkoord afspraken over arbeidsvoorwaarden. Die gaan onder meer over salaris, loopbaanbeleid en pensioen.
Tekst uit arbeidsvoorwaardenakkoord 2025-2026
Inleiding
De veiligheidssituatie in de wereld verslechtert in hoog tempo. Het is niet ondenkbaar dat Nederland betrokken raakt bij een grootschalig militair conflict binnen Europa. Defensie moet daarom meer dan voorheen de focus leggen op inzet voor hoofdtaak 1, de verdediging van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied. Dat vraagt veel van de organisatie in het algemeen en het personeel in het bijzonder. Om het defensiepersoneel zoveel mogelijk perspectief en zekerheid te bieden, zijn sociale partners in een vroeg stadium al gekomen tot
onderstaande afspraken.
Sociale partners willen zich met deze afspraken richten op primaire arbeidsvoorwaarden en maatregelen ter erkenning en waardering van de inzet van militairen en burgermedewerkers bij Defensie. De prijzen voor energie en levensmiddelen stijgen onverminderd door. Daarom willen sociale partners niet alleen loonafspraken voor 2025 en 2026 maken, maar ook in 2024 al zorgen voor een extra zichtbare en voelbare inkomensverbetering. Door vroegtijdig deze afspraken te maken, spelen sociale partners daarnaast tijd vrij voor het uitwerken van eerder gemaakte arbeidsvoorwaardelijke afspraken en om het gesprek te voeren over de personele maatregelen die nodig zijn om de extra focus op de inzet voor hoofdtaak 1 vorm te geven.
Sociale partners komen daartoe het volgende overeen:
Looptijd
Dit akkoord heeft een looptijd van 1 januari 2025 tot 1 september 2026.
Loonontwikkeling
- Structurele loonontwikkeling: Het defensiepersoneel ontvangt per 1 januari 2025 een loonsverhoging van 5% en per 1 januari 2026 een loonsverhoging van 2%. De salarisverhoging werkt op de gebruikelijke wijze door in de wachtgeld-, UKW- en FLO-uitkeringen van het gewezen defensiepersoneel. De indexering van pensioenen en bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen vindt plaats overeenkomstig de hiervoor geldende voorschriften.
- Incidentele loonontwikkeling: Bouwen aan de krijgsmacht van de toekomst begint bij de medewerkers van Defensie: militairen, waaronder reservisten, en burgerambtenaren. Sociale partners willen ervoor zorgen dat er zoveel mogelijk mensen bij Defensie willen komen en blijven werken. De huidige veiligheidssituatie in de wereld laat zien hoe belangrijk dit is. In dit kader hebben sociale partners besloten dat in de maanden oktober, november en december van 2024 een incidentele salarisverhoging van 5% zal worden betaald. Deze incidentele salarisverhoging stopt op 31 december 2024. Vanaf 1 januari 2025 geldt de structurele salarisverhoging van 5%. De incidentele loonontwikkeling wordt gerealiseerd door het aanpassen van de salaristabel per 1 oktober 2024.
Eenmalige uitkeringen
Sociale partners spreken af dat in september 2024 per medewerker een eenmalige pensioengevende uitkering wordt betaald van € 500 bruto aan het defensiepersoneel dat op 1 september 2024 in dienst is. Daarnaast spreken sociale partners af dat in juli 2025 een eenmalige uitkering wordt betaald van € 350 bruto aan het defensiepersoneel dat op
1 juli 2025 in dienst is.
Deze eenmalige pensioengevende uitkeringen worden op de gebruikelijke wijze uitgekeerd aan het gewezen defensiepersoneel met een wachtgeld-, UKW- en FLO-uitkering. Voor medewerkers van Defensie die op 1 september 2024 en/of 1 juli 2025 onbezoldigd verlof genieten, wordt maatwerk verricht.
Reservisten die tussen 1 januari 2024 en 1 september 2024, met aanspraak op bezoldiging, in daadwerkelijke dienst zijn opgeroepen ontvangen de uitkering van € 500 bruto naar rato van de gewerkte uren.
Reservisten die tussen 1 januari 2025 en 1 juli 2025, met aanspraak op bezoldiging, in daadwerkelijke dienst zijn opgeroepen ontvangen de uitkering van € 350 bruto naar rato van de gewerkte uren.
De genoemde bedragen gelden bij een aanstelling van 38 uur per week. Medewerkers met een aanstellingsvorm van minder dan 38 uur ontvangen een uitkering conform de deeltijdfactor. Voor mensen met meerdere aanstellingsvormen en/of uitkeringen geldt dat zij maximaal € 500 bruto respectievelijk € 350 bruto ontvangen.
Mobiliteit
Sociale partners hebben met de afspraken in het arbeidsvoorwaardenakkoord 2024 perspectief geboden op het gebied van reiskosten, faciliteiten en voorzieningen. De afgelopen periode zijn de kosten van eigen vervoer verder toegenomen. Partijen spreken
daarom af om voor het jaar 2025 opnieuw een maatregel te treffen die ziet op de hoogte van het bedrag per kilometer voor de tegemoetkoming woon-werkverkeer. Deze forfaitaire tegemoetkoming geldt conform de huidige regelgeving zowel voor de auto als voor andere vormen van eigen vervoer. In dat kader gelden vanaf 1 januari 2025 de volgende afspraken:
Woon-werkverkeer
- De tegemoetkoming woon-werkverkeer voor tabel E, N, en O wordt verhoogd naar 23 cent per kilometer.
- De medewerkers met een reisafstand van meer dan 94 kilometer in tabellen E en N krijgen nu de kilometers boven de 94 niet vergoed. Zij krijgen een tegemoetkoming woon-werkverkeer van 23 cent per kilometer voor de gereisde kilometers tot 125 kilometer enkele reis.
- De tegemoetkoming woon-werkverkeer voor tabel H wordt 23 cent per kilometer.
- Medewerkers die op 1 januari 2025 in tabel H meer dan 23 cent per kilometer ontvangen, gaan pas na een wijziging van de standplaats of verhuizing over naar een tegemoetkoming van 23 cent per kilometer.
Gecombineerd reizen
Sociale partners vinden het belangrijk dat de voorzieningen aansluiten bij de maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid en de huidige manier van werken en reizen. Defensiepersoneel is op vele verschillende en soms lastig met het openbaar vervoer bereikbare plaatsen in het land werkzaam. Om gebruik van het openbaar vervoer te stimuleren, spreken sociale partners af dat gecombineerd reizen mogelijk wordt gemaakt. Dit betekent dat voor woon-werkverkeer verschillende vervoersmiddelen kunnen worden ingezet. In dat kader spreken sociale partners af om aan de niet met openbaar
vervoer gemaakte reiskosten van en naar een OV-station of halte tegemoet te komen met 23 cent per kilometer. Het aantal daarbij te vergoeden kilometers wordt bepaald aan de hand
van de Andes routeplanner.
Binnenlandse dienstreizen
De kilometervergoeding voor binnenlandse dienstreizen wordt verhoogd naar 23 cent per kilometer.
Thuiswerken
Partijen spreken af dat de thuiswerkvergoeding wordt verhoogd naar € 2,35 per dag.
Militaire inzet en toelagen
Om te komen tot een duidelijker onderscheid tussen verschillende militaire activiteiten in de rechtspositie, hebben sociale partners in het vorige arbeidsvoorwaardenakkoord afgesproken, de Regeling voorzieningen bij vredes- en humanitaire operaties (VVHO) en de Regeling vergoeding voor overwerk, onregelmatigheid, beschikbaarheid en bereikbaarheid (VROB) aan te passen en te komen tot een nieuwe Regeling militaire inzet (RMI). Daarbij krijgt de RMI als kenmerk dat inzet een hogere vergoeding kent dan varen en oefenen. Vooruitlopend op de uitwerking van deze regeling nemen sociale partners de navolgende maatregelen op het gebied van de nu geldende vergoedingen.
Per 1 januari 2025
- De VROB-vergoedingen voor varen, oefenen en bijzondere inzet voor groep 1 en 2 worden verhoogd naar € 110.
- De VROB-vergoeding voor groep 3 in het kader van varen, oefenen en bijzondere inzet blijft € 116,89.
Per 1 januari 2026
- De VROB-vergoedingen voor varen, oefenen en bijzondere inzet voor groep 1 en 2 worden verhoogd naar € 114.
- De VROB-vergoeding voor groep 3 in het kader van varen, oefenen en bijzondere inzet wordt verhoogd naar € 119,23.
Aanvullende maatregelen
Uitzendgratificatie
Militairen ontvangen, conform Regeling VVHO artikel 10a, na deelname van ten minste 365 dagen aan vredesoperaties dan wel humanitaire operaties eenmalig een uitzendgratificatie van netto € 1.000.
Gelet op het belang van uitzendingen voor de krijgsmacht en gezien de belasting voor het betrokken personeel geldt, als aanvullende uiting van waardering, per 1 januari 2026:
- De uitzendgratificatie wordt verhoogd naar netto € 1.500.
- De uitzendgratificatie wordt niet meer eenmaal in de gehele Ioopbaan toegekend, maar na elke periode van 365 dagen van deelname aan vredesoperaties dan wel humanitaire operaties.
Ten aanzien van het verleden geldt dat militairen die op 1 januari 2026 in dienst zijn, en langer dan 365 dagen uitgezonden zijn, per extra periode van 365 uitgezonden dagen alsnog een uitzendgratificatie van € 1.000 netto ontvangen.
Kosten paspoort voor defensiepersoneel
Defensiepersoneel zet zich wereldwijd in. Sociale partners spreken af dat vanaf 1 januari 2025 de kosten voor de aanschaf van een paspoort voor defensiepersoneel gedeclareerd kunnen worden. Defensiepersoneel kan het paspoort declareren wanneer de situatie zich voordoet dat de medewerker wordt ingezet in het buitenland in verband met een
(voorgenomen) dienstreis, plaatsing, uitzending of andere verplichting en daarvoor een paspoort benodigd is.
Vitaliteitsbudget voor burgers
Ook voor burgermedewerkers is het belangrijk fysiek en mentaal zo fit als mogelijk te zijn. In dat kader spreken sociale partners af dat burgermedewerkers in 2025 voor uitgaven die sportbeoefening bevorderen eenmalig een bedrag van maximaal € 100 kunnen declareren.
Sociaal Beleidskader
De Defensieorganisatie is continu in ontwikkeling. De komende jaren zal Defensie verder groeien, wat zal leiden tot veranderingen in alle onderdelen van de organisatie. Ook dan kan het voorkomen dat medewerkers bescherming van een Sociaal Beleidskader nodig hebben.
Aangezien het Sociaal Beleidskader nog niet structureel is verankerd, spreken partijen af dat het Sociaal Beleidskader 2012-2016 voor de duur van dit akkoord wordt verlengd.
Begeleidingscommissie arbeidsvoorwaarden
Voor degenen die van mening zijn dat de toepassing van de afspraken uit dit arbeidsvoorwaardenakkoord Ieidt tot een onevenredig nadeel, bestaat de mogelijkheid hun bezwaren voor te leggen aan de begeleidingscommissie arbeidsvoorwaarden. Na ontvangst van het zwaarwegende advies van deze commissie, beslist het bevoegd gezag
op dit verzoek van de medewerker, met inachtneming van het advies van de commissie.
Ondertekend in Den Haag op 2 juli 2024, door:
De Staatssecretaris van Defensie, voor deze de Hoofddirecteur Personeel generaal-majoor Joris Legein.
Namens het Ambtenarencentrum (AC), E. Westermeijer.
Namens de Algemene Centrale van Overheidspersoneel (ACOP), R.W. Schilperoort.
Namens de Christelijke Centrale voor Overheidspersoneel en Onderwijspersoneel (CCOOP), J.A. Kropf.
Namens de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen bij Overheid, Onderwijs, Bedrijven en Instellingen (CMHF), N. van Woensel.