Geschiedenis Explosieven Opruimingsdienst Defensie
De voorloper van de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) ontstond tijdens de Tweede Wereldoorlog, op 6 november 1944. Het bevrijde deel van Nederland bleek bezaaid te liggen met onontplofte mijnen, bommen en andere munitie. Daarom besloot Nederland tot de oprichting van de Mijnopruimingsdienst.
Eerste geïmproviseerde explosieven
In de jaren ’70 kreeg Nederland voor het eerst te maken met terroristen die geïmproviseerde explosieven gebruikten. In 1972 plaatsten leden van de Palestine Liberation Organization (PLO) 2 bommen bij verdeelstations van de Gasunie. En in datzelfde jaar pleegde de militant communistische Rode Jeugd aanslagen met explosieven. Sinds die tijd nam het gebruik en de dreiging van explosieven door terroristen en criminelen toe.
Oprichting EOD in 2009
De huidige Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) ontstond op 3 juni 2009. Door het samengaan van de opruimingsdiensten van de verschillende krijgsmachtdelen:
- de Duik- en Demonteergroep (DDG) van de Koninklijke Marine;
- het Explosieven Opruimingscommando Koninklijke Landmacht (EOCKL);
- de Explosive Ordnance Disposal Koninklijke Luchtmacht (EODKLu).
Voor 2009 hadden deze explosieven opruimingsdiensten ieder hun eigen taken. Zo werd de EODKLu ingeschakeld bij crashes en het bergen van militaire vliegtuigen. Opsporen en demonteren van explosieven op en in het water was de taak van de Duik- en Demonteergroep.
Daarnaast hielden de verschillende EOD’en zich voor een groot deel met hetzelfde bezig. Namelijk het ruimen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. In de praktijk bleek het zinvoller de kennis en ervaring van de verschillende EOD’en te bundelen.