Zr.Ms. Luymes

Zr.Ms. Luymes is een van de hydrografische opnemingsvaartuigen van de Koninklijke Marine. Deze schepen maken deel uit van de Snelliusklasse.

Hydrografisch opnemingsvaartuig

De 2 hydrografische opnemingsvaartuigen van de marine brengen veranderingen van de vaarwegen en zeebodem in kaart. Dit doen zij vooral in de Noordzee en de Caribische delen van het Koninkrijk. Maar ook in missiegebieden.

Op de boeg staat de NAVO-aanduiding van het schip: A803.

Geschiedenis Zr.Ms. Luymes

  • Kiel gelegd: 25 juni 2002.
  • In dienst gesteld: 3 juni 2004.

Voorgangers

  • 1947-1948: het eerste schip wat de naam Luymes toegewezen kreeg, was het ex-Japanse vaartuig 'Gyoshei Maru', als oorlogsbuit toegewezen aan Nederland. Dit vaartuig is alleen nooit in dienst gesteld. Uit het expertiserapport van het Bureau Scheepsbouw bleek namelijk dat de reparatie- en vernieuwingskosten te duur zouden zijn.
  • 1952-1973: het tweede vaartuig met de naam Luymes was een opnemer en bestemd voor tropische wateren.

Waar komt de naam vandaan?

Het hydrografisch opnemingsvaartuig Zr.Ms. Luymes is vernoemd naar Johan Lambertus Hendrikus Luymes (1869-1943). In de jaren 1914-1934 kreeg hij internationale bekendheid op hydrografisch gebied als chef van de afdeling Hydrografie.

Luymes werd geboren op 19 juli 1869 te 's-Gravenhage. Na de start van zijn opleiding op het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) werd hij op 2 augustus 1889 benoemd tot adelborst der eerste klasse. Hij doorliep verschillende rangen en ging als kapitein-ter-zee titulair op 1 januari 1935 met pensioen. Na een ruim 45-jarige diensttijd bij de Koninklijke Marine.

Hij bracht een belangrijk deel van zijn officierstijd door in Indië bij de hydrografische opneming van de zeeën van de Archipel. Kort na zijn terugkeer in Nederland vervulde hij vanaf 1 september 1914 de functie van souschef van de afdeling Hydrografie bij het Departement van Marine. Op 1 november 1920 werd hij Chef der Hydrografie.

Hij trad op als vertegenwoordiger van Nederland op de Internationale Hydrografische Conferenties te Monaco. Onder zijn leiding startten stroomwaarnemingen in de Indische Archipel en dregwerk in Nederlands Oost-Indië. Een werk dat tientallen jaren duurde.

Steeds meer trad Luymes op de voorgrond, zowel in Nederland als in het buitenland. Veel van zijn werktijd ging zitten in zijn onderscheidende functies als curator-secretaris van het KNMI te De Bilt. En als lid van de Rijkscommissie voor Graadmeting en Waterpassing, als lid van het Algemeen Bestuur van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) en sinds 1929 als lid van de redactiecommissie van het tijdschrift van dit genootschap.

In 1934 werd hij redacteur-secretaris en dat bleef hij 6 jaar lang. Na het overlijden van zijn voorganger werd Luymes voorzitter van de Commissie voor de Atlas van de Nederlandse Koloniën, die in 1938 de Atlas van Tropisch Nederland publiceerde.

Luymes heet wel de geestelijk vader van de Snellius-expeditie, een wetenschappelijke expeditie (29 juli 1929 tot 15 november 1930) met het marineschip Hr.Ms. Willebrord Snellius van Nederland naar Nederlands-Indië voor waterkundig wetenschappelijk onderzoek. De Maatschappij ter bevordering van het natuurkundig onderzoek der Nederlandse Koloniën en het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap organiseerden deze expeditie.

Embleem

Het embleem toont links in zilver een geopende schaar; het midden geplaatst op een horizontale pijl, overtopt door een kroon van 3 bladeren en 2 paarlen. Het is gevoerd van keel (= rood), alles van sabel. Rechts toont in zilver een omgekeerd anker van sabel.