Meldingen burgerslachtoffers Irak en Syrië uit 2023: geen aanleiding tot verder onderzoek
Er is een vooronderzoek gedaan naar 61 meldingen van mogelijke burgerslachtoffers tijdens de missie Operation Inherent Resolve (OIR) in Irak en Syrië. Er blijkt geen aanleiding te zijn voor verdere acties. Dat heeft minister Ruben Brekelmans de Tweede Kamer vandaag gemeld. De meldingen waren in september 2023 ingediend door de niet-gouvernementele organisatie (ngo) Airwars. Die deed dit nadat Defensie meer informatie vrijgaf over de Nederlandse deelname aan de luchtcampagne van OIR.
Dat er geen aanleiding is voor verder onderzoek, komt omdat Nederlandse betrokkenheid voor het grootste deel was uit te sluiten. De overige meldingen bevatten onvoldoende gedetailleerde aanknopingspunten. Daardoor was het onmogelijk om Nederlandse betrokkenheid aannemelijk te maken. In sommige gevallen was de situatie zeer onoverzichtelijk. Bij intense gevechten waren dan bijvoorbeeld meerdere coalitiegenoten of Iraakse grondtroepen tegelijk betrokken.
Samenwerking
Het was voor het eerst dat Defensie op een dergelijke manier heeft samengewerkt met Airwars. Deze ngo monitort burgerslachtoffers die tijdens luchtoperaties vallen. Het zorgvuldig bekijken van de 61 meldingen nam de nodige tijd in beslag.
Volgens Brekelmans is de samenwerking met Airwars een voorbeeld van de stappen die Defensie de afgelopen jaren heeft gezet. “Die stappen zijn onder meer bedoeld om zo transparant en volledig mogelijk te communiceren over vermoedens van burgerslachtoffers. Defensie gaat hiermee verder. We gaan nu bijvoorbeeld ieder jaar op Verantwoordingsdag rapporteren over meldingen van mogelijke burgerslachtoffers.’’
Airwars prijst Defensie voor de transparante stap om coördinaten van luchtaanvallen vrij te geven. “Daardoor konden wij een lange lijst identificeren van incidenten die mogelijk verband houden met Nederlandse luchtaanvallen”, zegt directeur Airwars Emily Tripp. “Deze zeldzame en constructieve samenwerking geeft het bredere publiek een veel beter beeld van hoe Defensie met meldingen van derden omgaat. We moedigen andere Europese landen aan dit voorbeeld te volgen.”
Komt er alsnog nieuwe informatie beschikbaar, dan kunnen meldingen opnieuw in behandeling worden genomen.
Onderzoek Nederlandse luchtaanval in Mosul
Er loopt ook nog een intern onderzoek van Defensie naar een Nederlandse luchtaanval in Mosul (Irak) in 2016. Dit zit in de afrondende fase. Brekelmans streeft ernaar de Tweede Kamer nog voor de zomer te informeren over de uitkomsten ervan. Zo laat hij vandaag via een tussentijdse update weten.
Nederlandse F-16’s vielen 22 maart 2016 een gebouw in Mosul aan. Volgens de anti-ISIS coalitie gebruikte ISIS dat als hoofdkwartier. Bronnen van NOS en NRC meldden echter dat daar 7 burgerslachtoffers bij vielen. Defensie startte daarop in 2023 een onderzoek.
Een onderzoeksteam van Defensie is vorig jaar in Irak geweest, onder meer op de locatie van de luchtaanval. Er is gesproken met mogelijke slachtoffers, nabestaanden, Iraakse ooggetuigen en lokale autoriteiten. Verder zijn er gegevens verzameld uit zowel eigen militaire data als open bronnen. Al deze informatie wordt momenteel geanalyseerd. Ook is er intensief contact met de Verenigde Staten. Defensie houdt de Iraakse gesprekspartners op de hoogte.